Het begint allemaal in dat brein. De prefrontale cortex - ook wel het controlecentrum van de hersenen genoemd – is in de puberteit volop in ontwikkeling, maar functioneert nog niet optimaal. Dit deel van het brein helpt om langetermijngevolgen of gevaren te overzien, maar ook bij plannen en organiseren. Dat maakt vooruitkijken en probleemoplossend denken moeilijk. Lastig, als je probeert huiswerk te maken.
Hormoonbommetje
Het brein zorgt er ook voor dat het lichaam geslachtshormonen aanmaakt. Die hebben invloed op de ontwikkeling van hersengebieden die over emoties gaan, maar níet op de gebieden waar het logisch denken zit. Nogal verwarrend dus. Halló stemmingswisselingen. Het zelfinzicht en de emotieregulatie van je kind zijn ook nog niet helemaal ontwikkeld. Je kind gaat op zoek naar zijn eigen identiteit. Hij oefent volop met het hebben en uiten van zijn eigen mening. Niet zo gek dat de bom af en toe barst in huis.
De wereld in
Door die hormonen verandert ook het lichaam van je kind snel. Dat is niet niks, zeker als je je bedenkt dat je kind er graag bij wil horen en vooral gezien en gehoord wil worden door leeftijdsgenoten. Er zijn ook veel invloeden van buitenaf, zoals sociale media. Het kan je kind behoorlijk onzeker maken. In deze fase wil je er zo graag voor je kind zijn, want hij heeft je enorm hard nodig. Maar je voelt misschien juist dat je minder goed contact met hem krijgt, of dat je kind emoties en ervaringen liever deelt met iemand anders dan met jou. Best even slikken!
Een gelijkwaardige band
Deze fase vraagt van jou dus andere opvoed-skills dan je tot nu toe gewend was. Je ontwikkelt je tot een soort coach, inspirator, mentor en adviseur. Van leiding nemen naar leiding geven dus, vanuit gelijkwaardigheid. Geef je kind jouw vertrouwen. Fouten maken mag en het opnieuw proberen ook! Als je kind ervaart dat jij dat vertrouwen in hem hebt, leert hij meer verantwoordelijkheid nemen. Tip: Je kind houdt zich makkelijker aan regels die hij samen met jou mag bedenken. Zo kan je ook makkelijker op een ‘overtreden’ regel terugkomen.
Leiding geven vs. leiding nemen
Door interesse te tonen en oprecht te luisteren naar je kind, kom je tot een gelijkwaardig gesprek. Dat is fijn voor je kind, dat graag zelfstandiger wil zijn. Neem ideeën en gevoelens serieus en geef je kind ruimte om te kunnen ontwikkelen en ontdekken. Heeft je kind een idee? Ga hier dan over in gesprek. Gaandeweg ervaart je kind vanzelf of het idee in de praktijk ook net zo goed uitpakt als in zijn hoofd. Soms is het nodig om de gelijkwaardigheid éven te laten varen en wél bewust leiding te nemen. Bijvoorbeeld als je kind zich herhaaldelijk niet houdt aan afspraken, of als er een gevaarlijke situatie dreigt. Dan stel je natuurlijk grenzen. Daarna ga je terug naar een gelijkwaardig gesprek en nodig je je je kind uit om samen te sparren over wat wél kan. Op de bso passen we bovenstaande trucs uiteraard ook toe! Het is onderdeel van de interactievaardigheden van onze professionals.
Wil je meer lezen? In het boek Leer je kind kennen van Jelle Jolles lees je alles over het puberbrein.
Vind een bso
Ben je nieuwsgierig geworden? We laten je graag zien hoe wij jouw kind helpen ontwikkelen en plezier laten maken met vrienden. Vind een Partou bij jou in de buurt en kom kennismaken!